Krantenberichten 1917 eerste kwartaal
1 januari
Links (met de markiezen) staat de Rotterdamse Bank
Naaldwijk; ’Aan het bankgebouw van de Rotterdamsche Bankvereeniging wordt stevig doorgewerkt, zoodat het stellig bij eenigszins gunstig weer vroeg in het voorjaar gereed zal zijn. Met 1 januari wordt hier het agentschap vervangen door een bijbank van dit groote lichaam. Voorloopig blijft deze bank gevestigd in het perceel van den heer P. Kijvenhoven, die als directeur der nieuwe instelling zal optreden.’ Verder wordt in het artikel het belang beschreven van een bank als deze in Naaldwijk, zodat ingezetenen voor bankzaken niet meer naar de stad behoeven te trekken.
4 januari
Naaldwijk; Een verslag over de jaarwisseling: ‘De jaarwisseling gaf hier aanleiding tot opgewekte en aangename straattoneeltjes. Toen de laatste der 12 klokslagen gevallen en daarmee de grens tusschen het oude en nieuwe jaar overschreden was, kwamen allerwegen de menschen uit de woningen tevoorschijn om een gelukkig nieuwjaar te wenschen aan buren en kennissen. Op het Plein groeide na de plechtige stonde der wisseling de belangstelling aan tot een heele schare, die een opgewekte betooging hield voor het pasgeboren jaarkindje door het zingen van vroolijke liederen. Geen wildheid of rumoer, maar gepaste vroolijkheid in het zachte weer van den nieuwjaarsnacht. Hier en daar klonk een schot, een echte nieuwejaarsboodschap, wel te onderscheiden van de doffe slagen der carbidbussen, die heel den oudejaarsavond doorknalden. Maar de plechtige, zware stemmen van de trotsche zeestoomers in den Waterweg, de onvermoeide boden van het rusteloos wereldverkeer, die ontbraken en herinnerden door hun somber zwijgen aan den vreeselijken ernst van het schokkend wereldgebeuren, dat de kracht van hun metalen longen heeft verlamd. Zullen wij aan de boorden van den anders zoo bedrijvige woeligen Waterweg, die zware tonen nog mogen hooren, als 1917 plaats maakt voor zijn opvolger, dus na nog een vol jaar van bloed en verwoesting? Of zal onze oude torenklok voor die jaarwisseling den vrede moge inluiden? Het is te hopen?’
6 januari
Naaldwijk; Notaris W. Lagerweij zal op 19 januari veilen en op 26 januari bij afslag verkopen een ‘Westlandschen tuin en Bloemisterij, negen arbeiderswoningen en een nieuw gebouwd dubbel Burgerwoonhuis, alle samen en bij elkander gelegen aan of uitkomende op de Heerenstraat, in de kom van het dorp te Naaldwijk.’ De tuin, bloemisterij en de burgerwoning zijn eigendom van en in eigen gebruik door de heer A.M. Welling te Naaldwijk.
13 januari
Honselersdijk; ‘Ten trouw rijden en een melkoorlog voeren hoort niet bij elkaar. Het gebeurde hier Woensdag. Toen reed een trouwkoets een melkwagentje omver, zoodat de melk uit de neerstortende kannen wegvloeide en verloren ging. Een onaangename begroeting voor het inzittend paar, en mede voor den eigenaar van den melkwagen, terwijl de koetsier misschien nog wel het meest onaangenaam zal getroffen zijn.’
17 januari
café “De Vergulde Valk” (midden)
Naaldwijk; Notaris W. Lagerwey kondigt de veiling en afslag aan van het café “De Vergulde Valk”, waaraan verbonden logement, café, sociëteit en stalhouderij, met bijbehorend erf, overdekte plaats, stalling voor 8 paarden, loods en stenen varkensschuur. Tevens geschikt voor de uitoefening van alle andere bedrijven, gunstig gelegen, ook als winkelstand, nabij het Dorpsplein op de hoek van de Prins Hendrikstraat en de Koningstraat. Tevens wordt verkocht een woonhuis en daarnaast gelegen woon- en winkelhuis, waarin de broodbakkerij wordt uitgeoefend met erf, schuur en open plaats. Het woonhuis is verhuurd voor ƒ 1,65 per week en het café en het woon-winkelhuis zijn in eigen gebruik.
20 januari
Naaldwijk; De oude Christelijke school, welke thans als tuinbouwschool wordt gebruikt, is door het bestuur aan de gemeente verkocht voor de som van ƒ 9500, en is in de laatste gehouden gemeenteraadsvergadering bekrachtigd.
24 januari
Naaldwijk en Honselersdijk; vanwege het vriezende weer kan overal flink geschaatst worden en ligt het ijs er goed bij.
27 januari
Honselersdijk; Op de tramhaven is het goed schaatsen. De IJsvereniging heeft zelfs baanvegers aangesteld om het ijs mooi te houden. Deze moesten ook de banen op de Strijp, die stukgevaren waren weer beitelen en vegen om ze voor het schaatsen klaar te maken. Men overweegt zelfs een ijsfeest te organiseren.
In Naaldwijk gaat de ijsclub ‘Voorwaarts’ ook denken aan een ijsfeest, hardrijden voor jongens en ringrijden voor paren.
31 januari
Naaldwijk; Het schilderwerk voor het nieuwe gebouw van de Rotterdamsche Bankvereeniging is na inschrijving gegund aan de heer C. Advocaat.
3 februari
Naaldwijk en Honselersdijk; Een artikel over de ijspret en degenen die het verknoeien voor een ander; de mensen die met arren, getrokken door paarden, over het ijs gaan. Zij maken de met veel moeite glad gemaakte banen helemaal kapot! ‘Zoo is nu de vaart naar het Sluische water vol geslagen met duizende gaten van de scherpe ijsnagels der paardenhoeven en kan men evengoed over de keien rijden. In de richting Honselersdijk is de toestand iets beter ten opzichte der paardenhoeven, maar ook daar is veel schade aan de banen toegebracht. Mochten de koetsiers van de arresleden nu voortaan maar zoo welwillend zijn, dat zij althans zooveel mogelijk de kanten der vaarwaters houden en buiten de banen blijven!’
7 februari
Naaldwijk; ‘Zaterdagmiddag kwam H.M. de Koningin door onze gemeente op een schaatsentocht van Schipluiden naar Naaldwijk. De auto stond aanvankelijk te wachten bij de Vaart op den Zuidweg, doch vertrok later naar de Waalbrug, waar H.M. het ijs verliet. Ongetwijfeld heeft de baan van de Waalbrug tot het dorp H.M. niet aangetrokken, daar deze, behoudens de noodzakelijke scheuren duizende litteekens draagt van het bezoek der arresleden, waardoor de berijdbaarheid zeer is verminderd.’
10 februari
Naaldwijk; De IJsclub Voorwaarts organiseerde een ‘hardrijderij’ voor jongens van 13 – 15 jaar en 16 – 18 jaar. Zij verzamelde ƒ 85 en kochten daarvoor spek voor de armlastigen van de gemeente. Ook kregen zij giften in natura, zoals een zak erwten, cokes, rookworsten en rijst. De winnaars kregen een deel van de levensmiddelen. ‘Wie daarvoor niet in aanmerking wilde komen kon toch meerijden en zijn deel afstaan aan een ander, die ’t wel noodig had. Van deze gelegenheid om op zijn beurt weer liefdadigheid te beoefenen, werd druk gebruik gemaakt. Er waren 56 deelnemers, terwijl er 62 aanvragen voor levensmiddelen waren. Er werd, begunstigd door het prachtig weer met evenveel animo gereden, of ’t om de hoogste prijzen ging; hoewel de eigenlijke prijzen thans natuurlijk niet veel te beteekenen hadden; het bewustzijn, dat morgen menigeen eens een extra maaltijd zou kunnen hebben, die in deze dagen van kou en ellende zeker dubbel gewaardeerd zou worden, werkte even opwekkend als anders het vooruitzicht op een mooien prijs.’
Honselersdijk; In Honselersdijk heeft men ook zo’n wedstrijd georganiseerd. Ook hier konden vele arme huishoudens een extra maaltijd zich veroorloven.
‘In verschillende tuinen is men gedurende de vorst aan het houten gegaan. De ondervinding leerde de eigenaars van het gekapte hout dit dadelijk op te ruimen, daar er anders hulpvaardige handen gevonden worden, die het hout weghalen, ook zonder vooraf toestemming daarvoor gevraagd te hebben. Die in dezen kouden tijd prijs stelt op goede brandstof, mag den gehakten voorraad wel met eenige voorzorg plaatsen. De toegangswegen tot de tuinen zijn thans onbegrensd.’
21 februari
Naaldwijk; ‘Onze vroegere plaatsgenoot, de heer C. W. Bottema, officier van gezondheid bij de zeemacht, zal met het stoomschip Medan van de Rotterdamsche Lloyd naar Oost-Indië vertrekken en is tijdens de reis belast met den geneeskundigen dienst aan boord. Het schip zou oorspronkelijk 9 maart uitvaren, doch wegens den verscherpten duikbootenoorlog is het vertrek uitgesteld.’ ‘Nu de wind om is en den oostelijken hoek verlaten heeft, wordt het kanongebulder in Z.-Westelijke richting weer duidelijk hoorbaar. Vooral Zondag klonk het dreunen zwaar.
Honselersdijk; ‘De Nieuwe Weg heeft zich van eenzamen landweg in de laatste jaren vervormd tot een landstraat, een vrij drukbewoonde buitenbuurt. Tusschen de Jan Evers- en Gantelbrug telt men thans een kleine 60 woningen, waarvan een goede 30 in de straat aan de rolpaal liggen. Verder zijn het bijna uitsluitend tuinderwoningen. Het licht is eindelijk tot dezen weg doorgedrongen en heeft het zware duister verdreven, waarin hij voor enkele jaren nog verzonken lag.’
Verder heeft de krant wel aanmerkingen op de postbestellingen. In dit gebied wordt slechts één keer per dag post bezorgd en over de Jan Eversbrug wordt des middags en ’s avonds niet besteld. Dit vond men uit de tijd.
24 februari
Naaldwijk; Een uitgebreide beschrijving van het plan om de groenteveiling te vernieuwen of aan te passen staat op bladzijde 9 te lezen. De ene helft van de leden wilde meteen nieuwbouw en de andere helft wilde eerst de oude situatie zo goed mogelijk verbeteren tot de tijden weer ‘normaal’ waren.
28 februari
Naaldwijk; Zaterdagavond, 24 februari brak brand uit in de hooiberg van boer Hofstede aan de Molenstraat. Men was bang dat de brand zou overslaan naar belendende percelen en het duurde even voor de brand geblust kon worden: het water moest uit de haven komen en de slangen lagen door de hele Rembrandtstraat. Toen het water er eenmaal was kon de brand geblust worden, twee spuiten en later kon een volstaan.
‘Het fotografisch atelier van de heer Colthof aan de ’s Gravenzandschenweg zal binnenkort verplaatst worden naar een perceel in de Julianastraat.’
In Naaldwijk en Honselersdijk wordt druk gewerkt om de vaarwegen open te krijgen, zodat de scheepvaart weer plaats kan vinden.
3 maart
Naaldwijk; ‘Naar wij vernemen zullen hier Maandag een 30-tal Duitsche kinderen uit Coblenz aankomen, die bij verschillende ingezetenen een onderdak zullen vinden.’
Honselersdijk; de bijzondere school heeft een nieuw hoofd, de heer P. de Koning. Hij wordt feestelijk ingehaald door afgevaardigden van andere schoolbesturen uit de buurt, en de voorzitter van het schoolbestuur. Tevens wordt afscheid genomen van de heer Wilschut, de afgetreden hoofdonderwijzer.
21 maart
Naaldwijk; ‘Onze plaatsgenoot, de heer C.W. Bottema, arts en officier van Gezondheid bij de Zeemacht, is thans aangewezen om met de “Koningin der Nederlanden” van de Maatschappij Nederland naar Oost-Indië te vertrekken. De plaatsing op de “Medan” is ingetrokken, daar dit stoomschip wegens de ontreddering van de scheepvaart nog niet te Rotterdam is teruggekeerd.’
Honselersdijk; ‘Op de boerderij van den heer v.d. Valk aan den Broekweg alhier is mond-en-klauwzeer uitgebroken. De aangetaste en besmette dieren zijn afgemaakt en de gewone maatregelen tot afsluiting zijn genomen.’
24 maart
Naaldwijk; Men is begonnen met het verruimen van het veilingterrein.
Honselersdijk; ‘Het wegens mond-en-klauwzeer afgemaakte vee van den heer W. v.d. Valk aan den Broekweg is voorzoover het voor gebruik geschikt was, aangekocht voor de Relief commissie ter voorziening dus van de bevolking in België en N. Frankrijk.’